Cranberry (Vaccinium macrocarpon)
Een bes met een verhaal
De soort komt oorspronkelijk uit Noord Amerika en is in Nederland een exoot. Het verhaal gaat dat in 1845 een vat bessen op Terschelling aanspoelde, waarna de soort in Nederland inburgerde. De plant is hier in 1868 ontdekt door botanicus Franciscus Hoekema. Op Terschelling komen uitgebreide velden van de cranberry voor en de pluk van de bessen is er aan een veenbes-bedrijf verpacht. Ook op Vlieland komen grotere velden voor. De cranberry wordt ook in kleine aantallen gevonden in het Fochteloerveen en het Eesveen op de grens van Friesland en Drenthe. Op Terschelling staat de plant bekend als 'Pieter-Sipkesheide', naar de vinder van het vat in 1845. De Nederlandse naam is veenbes of lepeltjesheide. Het is een wintergroen,kruipend plantje met lange, dunne stengels. Deze uitlopers wortelen zich rondom de plant overal in de grond. Op deze wijze ontstaat een bodembedekkende zode van ca. 10 – 20 cm dik. De bloemen zijn donker roze/rood en worden veel door bijen bezocht. De zure bes is in het begin wit maar wordt donkerrood.